Met een achtergrond in software engineering en een loopbaan die van C++-programmeur tot CTO reikte, is Okke inmiddels verantwoordelijk bij TJIP voor het aansturen van het pensioenteam. In dit interview vertelt hij over zijn fascinatie voor het pensioenlandschap, zijn visie op leiderschap en waarom softwareontwikkeling in deze sector allesbehalve stoffig is.
Kun je iets vertellen over je achtergrond en hoe je bij TJIP terecht bent gekomen?
“Ik heb een technische achtergrond in software engineering en begon ooit als C++-programmeur. Ik heb het traditionele carrièrepad bewandeld: van ontwikkelaar naar IT-architect en uiteindelijk CTO. Wat ik altijd belangrijk heb gevonden, is de combinatie van techniek en management. Ik wil de inhoud niet loslaten — dat is ook precies waar de klik met TJIP ontstond. Tijdens het eerste gesprek was het gevoel meteen goed. Ik ben betrokken bij het opbouwen van een nieuw pensioenteam in Amstelveen, en het is mijn taak om dat team goed te laten samenwerken met de collega’s in Delft.”
Wat maakt het voor jou interessant om juist binnen de pensioensector te werken aan softwareontwikkeling?
“Er gebeurt momenteel zóveel. Denk aan de Wet toekomst pensioenen (WTP). Die heeft enorme impact op hoe mensen hun pensioen beleven. En tegelijkertijd lopen pensioenorganisaties qua digitalisering flink achter. Mensen hebben niet één pensioenpotje meer, maar vaak meerdere. Het is best een verouderd domein, en juist dát maakt het uitdagend: er liggen kansen om te moderniseren, om het toekomstbestendig te maken.”
Welke technologische of maatschappelijke ontwikkelingen inspireren jou in je werk?
“De vraag ‘Hoe ziet mijn financiële toekomst eruit?’ wordt steeds relevanter. Banken hebben veel klantinteractie, maar bij pensioenuitvoerders is dat historisch gezien minimaal. Toch is de behoefte aan inzicht groter dan ooit. Tegelijkertijd zie je dat veel partijen werken met legacy software. Dat maakt het complex, maar ook interessant. Je bent bezig met het vertalen van een abstracte toekomst naar concrete oplossingen voor mensen.”
Hoe vertaal je die inspiratie naar de dagelijkse praktijk in je team?
“Ik wil teams autonomie geven en verantwoordelijkheid laag leggen. Mijn doel is bij wijze van spreken om mezelf overbodig te maken. Pas dan ontstaat er ruimte voor mij om strategisch met klanten te praten en nieuwe richtingen te verkennen. Tegelijkertijd help ik het team met focus houden: wát bouwen we en waarom? Wat heeft de gebruiker eraan?”
